Viering zondag 24 november
EERSTE LEZING: Sefanja 1,14-2,3
TWEEDE LEZING: Openbaring 1,1-8
EVANGELIE: Marcus 13,14-27
Kijk eens, meester, wát een gebouwen! Jezus loopt met zijn leerlingen de stad Jeruzalem uit, in de richting van de Olijfberg. Dan heb je een prachtig zicht op het tempelcomplex, destijds één van de wereldwonderen. Twintig voetbalvelden groot, en zo hoog als een modern flatgebouw van vijftien verdiepingen. De leerlingen zijn in hun hart toch nog echte Galilese boeren. Natuurlijk zagen ze de tempel al vaker, maar nu, met de mooie avondzon erop, zijn ze toch weer onder de indruk. Kijk, meester, wat een gebouwen! De trots van Israël, het is ook hún tempel.
En dan Jezus’ reactie. Hij zegt: zien jullie deze grote gebouwen? Er zal geen steen van op de andere blijven staan! Als zijn leerlingen hem op opheldering vragen, houdt Hij een hele redevoering. Zijn woorden zijn nogal duister, en de toon is soms dreigend. Over ‘oorlogen en geruchten van oorlogen’, over zware tijden, over een mysterieuze ‘gruwel van de verwoesting’… Waar gaat dit over?
Wie in Jezus gelooft, mag leven in het licht van de toekomst. Dan kun je verder kijken. Ook als je nu bijvoorbeeld ziek bent of beperkt, besef dan: er is toekomst! God zal alles nieuw maken, als de eindstreep getrokken worden. Denkt u daar wel eens aan, als uw leven niet leuk of niet makkelijk is? Kijk naar voren! Vraag je niet af ‘hoe kan ik er nu toch zoveel mogelijk uithalen?’, maar ‘hoe kan ik nu met God dit zo goed mogelijk doorleven en straks bij Hem komen?’ Dat maakt veel verschil! ‘Volharden’ noemt Jezus het, volhouden. Dat lukt pas echt als je weet van zijn toekomst! Als je, door geloof, daarnaar mag uitzien.
Voorganger in deze viering is pastor Frank Beuger.
Viering zondag 3 november
EERSTE LEZING: Job 19,23-27
TWEEDE LEZING: Hebreeën 7,23-28
EVANGELIE: Marcus 12,18-27
Sinds een dierbare vriend van mij een paar jaar geleden overleed, voel ik me meer betrokken bij de hemel als een ruimte of een andere dimensie, waar hij is. Als je iemand waar je je met hart en ziel mee verbonden voelt, verloren hebt aan de dood, kan de hemel een interessant gebied worden om te verkennen. Die hemel verkennen, dat gebeurt doorgaans maar weinig. Want, wordt er dan gezegd: over die hemel weten we immers niets. Er is nog niemand van teruggekomen. En ik denk dan wel eens: Hoezo, niemand teruggekomen? Of rekenen we Jezus even niet mee?
In rouwgesprekken vertellen mensen mij regelmatig over ervaringen die zij hebben, waarin een verbinding tussen hemel en aarde merkbaar is. Zij beginnen zo’n gesprek steevast met: Je zult het wel gek vinden, maar ik heb een droom gehad, waarin degene die ik mis, heel duidelijk naar voren kwam. Of er gebeurde iets bijzonders met de klok of een elektrisch voorwerp dat ineens gaat bewegen. Of een gebeurtenis die zij zien als een teken, heel duidelijk verbonden met diegene die zij missen. Wat mij overtuigt is dat deze gelovigen zichzelf als nuchter beschouwen en bijna niet met deze ervaring tevoorschijn durven te komen. Het doet zich voor en je kunt er niet omheen. En waarom zou je het niet zien als bemoedigend en als een teken uit de hemel die ons omringt en telkens verbindingen zoekt?
God is een God van levenden, niet van doden, zegt Jezus. Want de doden zijn niet dood, ze zijn levend bij God. De dood is slechts een overgang naar nieuw leven. De hemel blijkt daar te zijn waar de mens tot zijn of haar bestemming kan komen, hier op aarde of waar we zijn als engelen.
Voorganger in deze viering is pastor Frank Beuger.
Oecumenische Vredesviering
De viering op zondag 22 september van de OGH gaat gewoon door (zie Rooster vieringen september 2024).
Viering zondag 29 september
EERSTE LEZING: Numeri 11,24-29
TWEEDE LEZING: Jakobus 4,11-17
EVANGELIE: Marcus 9,38-50
Hoe wilt U aangesproken worden? Hoe wil jij aangesproken worden? Met U of jij?
Als ik die vraag opwerp, doel ik op meer dan alleen fatsoensregels of etiquette in het persoonlijk contact. Het gaat ook om hoe we met elkaar omgaan in groter verband, in de maatschappij van vandaag. Hoe spreken we elkaar aan? Daar is het nodige over te doen. De toon in het maatschappelijk debat. De scheldpartijen en erger op sociale media. Hoe wilt u aangesproken worden? In het evangelie van vandaag gaat het er nogal scherp aan toe. Jezus geeft onderricht, zoals dat zo mooi heet, maar het lijkt meer een strafgericht. Wat zegt Hij? Als je hand je op de verkeerde weg brengt, hak hem af. Als je voet je op het verkeerde pad leidt, zelfde recept. Beter mank naar de hemel dan huppelend naar de hel. Als je oog je verleidt, ruk het uit, beter één oogje in het zeil dan met beide ogen de hel tegemoet.
Wat zijn dat voor uitspraken? Is dat de toon waar we in de kerk van vandaag behoefte aan hebben? Jezus is hier zo scherp is omdat de zaak waar het hem om te doen is dat vraagt. Kiezen voor het Koninkrijk van God vraagt om radicale beslissingen, geen halfbakken compromissen. Als je dan met mensen te maken krijgt die roet in het eten gooien in plaats van zout, mensen die de gelovigen van de goede weg afbrengen, dan kunnen ze maar beter met een molensteen om in zee geworpen worden.
In onze huidige samenleving zijn we er goed in om de verschillen scherp te markeren. Misschien is dat ook eigen aan ons Nederlanders. Er zijn krachten in de politiek en de media die er een belang bij hebben om de verschillen te markeren. Om zich af te zetten, in plaats van de verbinding te zoeken. Het publieke debat verhardt: voorbeelden zijn tot in de Tweede Kamer te geven. Was dat vroeger ook zo? Wat wel van deze tijd is, is de zorg dat we steeds meer van elkaar vervreemden; een samenleving waarin we steeds meer langs elkaar heen leven, ieder in zijn of haar eigen bubbel van eigen gelijk. Het is ook een gevaar dat we in de kerk lopen. Als de kerkgemeenschap een plaats is waar je alleen bevestigd wordt in je eigen gelijk, waar alleen maar ruimte is voor gelijkgestemden, waar de tegenstem ontbreekt, waar we het zo gezellig met elkaar hebben, ons soort mensen, dan is dat ook een manier om de ander buiten te sluiten en van ons te vervreemden.
Zorg dat jullie – Jezus spreekt tot zijn leerlingen – en dat betekent over hun hoofden heen altijd ook tot de kerk – zorg dat jullie het zout in jezelf niet verliezen. Wees scherp, wees kritisch, blijf alert. Zorg dat het geen zouteloze bedoening wordt. Maar ook: bewaar onder elkaar de vrede. Niet de zoete lieve vrede van de mantel der liefde die alles bedekt. Maar de vrede als werkwoord, die voortkomt uit een actieve betrokkenheid en een echte openheid voor elkaar, waarin er altijd meer kan gebeuren dan je vooraf gedacht had en meer mensen mee blijken te doen dan jij had vermoed.
Voorganger in deze viering is pastor Frank Beuger.
Viering zondag 15 september
EERSTE LEZING: Jesaja 45,20-25
TWEEDE LEZING: Jakobus 2,1-18
EVANGELIE: Marcus 9,14-29
Wat een dramatisch verhaal, die gebeurtenissen rondom die arme jongen in het evangelie van vandaag. Wat een leven heeft die knaap gehad tot nu toe. Hij kan niet praten, hij kan niet horen, hij leidt aan heftige epilepsieaanvallen. Tijdens die aanvallen is de jongen in het water terecht gekomen en ook in het vuur. Hij zal daar wel littekens aan hebben overgehouden. En nu zegt Marcus dat deze jongen zijn kwalen te danken heeft aan een boze, onreine geest. Sommige bijbeluitleggers geloven dat niet meer zo. Zij menen dat bezetenheid door boze geesten meer te maken had met het inzicht van de mensen in die tijd. Zo zag men dat nu eenmaal: fysieke klachten werden geestelijk uitgelegd. Maar wij weten het anno 2024 wel beter.
Hoe de jongen uit de geschiedenis onder de invloed van boze geesten is gekomen, vertelt het evangelieverhaal niet. Maar wel het feit dat het zo is. Wat een drama! Wat een machteloos gevoel ook voor die vader. Een mens is nergens zo kwetsbaar als bij een ernstige ziekte van je eigen kind. In die gebrokenheid speelt de geschiedenis van vandaag zich af. En wat een contrast dan als we kijken naar het voorgaande. We hebben het niet gelezen, maar in het voorgaande gedeelte, vlak voor het gebeuren rondom deze zieke jongen heeft de verheerlijking op de berg plaatsgevonden. Boven op die berg had God trots uitgeroepen: Dit is mijn Zoon, de geliefde, hoort naar Hem. Een hemels gebeuren. Met Mozes en Elia, als verpersoonlijking van de wet en de profeten, als getuigen. Tegenover dit hemelse gebeuren staat het aardse gebeuren onder aan de berg. Niks hemel op aarde. Eerder de hel op aarde. Een jongen in de greep van de boze. En zijn vader is machteloos. En nu is hij ten einde raad naar de leerlingen van Jezus gekomen. Misschien dat zij iets kunnen uitrichten.
Gods verhoring van gebeden is niet afhankelijk van de mate van ons geloof, maar of we met ons kleine geloof bij de juiste Persoon komen. Twijfel is niet erg. Ik zal u eerlijk bekennen dat ik heel vaak twijfel of mijn gebeden wel worden verhoord. Ik weet niet altijd wat Gods bedoeling is. Ik weet ook niet altijd zeker of ik de goede beslissingen neem. Het is vaak niet veel meer dan proberen te verstaan wat de wil van God is.
Maar ik ga met die twijfel wel naar de juiste Persoon. Als ik niet naar Hem zou toegaan, dan is dat ongeloof. Ongeloof is heel wat anders dan twijfel. Ongeloof is niet-geloven, of niet-meer-geloven. Twijfel is je afvragen of je het wel bij het goede eind hebt. Twijfel is niet erg. Wie twijfelt zoekt naar antwoorden en kan er juist dankzij die twijfel veel sterker uitkomen. Wie niet gelooft is passief, wie twijfelt is actief.
Voorganger in deze viering is pastor Frank Beuger.
Viering zondag 1 september
EERSTE LEZING: Zacharia 8, 4-8 en 20-23
TWEEDE LEZING: Efeziërs 6, 10-20
EVANGELIE: Marcus 8, 22-26
Hoe vaak gebeurt het niet dat je iets mist? Dat je iets niet gezien hebt? Dat iemand je vertelde hoe hij opzag tegen bijvoorbeeld een aanstaande operatie, maar dat je niet even gebeld of geappt hebt om sterkte te wensen op de dag van de operatie, of niet meteen daarna hebt gebeld?
Als je iets mist of iets niet gezien hebt, dan is het moeilijke ervan dat het niet zo is dat je het niet wist of niet had moeten weten. Ja, je hebt gehoord dat het met hem of haar niet goed gaat en als je dat niet gehoord hebt, dan had je het misschien op een andere manier moeten weten of merken. We hoeven tenslotte niet alles aan elkaar aan te geven, toch? Liefde tussen mensen is niet alleen maar iets voelen voor elkaar, maar ook aanvoelen. En aanvoelen is niet altijd onze sterkste kant.
Jezus bevindt zich te midden van zijn eigen mensen die veel over God gehoord hebben. Maar om de een of andere redenen zien ze het niet. Ze zien de wonderen wel, maar ze zien niet wat ze vertellen over God. Ze zien de wonderen wel, maar ze zien God niet. Natuurlijk kun je God niet zien. Maar je kunt wel zien wat de woorden over God betekenen. Over wat je bijvoorbeeld moet doen. En wanneer het erop aankomt dat je wat doet. Hoe vaak laten we iets niet na waarvan we weten dat we dat moeten doen? Gewoon uit luiheid of onachtzaamheid. Het nu niet belangrijk vinden. Terwijl het voor een ander wel belangrijk is. Of omdat het anders mis gaat.
Voorganger in deze viering is pastor Frank Beuger.
Viering zondag 25 augustus
EERSTE LEZING: 2 Koningen 4,42-44
TWEEDE LEZING: Efeziërs 6,1-9
EVANGELIE: Marcus 8,1-21
In de Bijbel staan verschillende spijzigingsverhalen. Mattheüs, Lucas en Johannes vertellen elk het verhaal en elke evangelist legt daarbij zijn eigen accenten. Vandaag concentreren we ons op Marcus. De verhalen van de andere evangelisten komen het meeste overeen met zijn eerste verhaal over de vijf broden en twee vissen. Het vertelt dat Jezus zijn leerlingen opdraagt om de eindeloze menigte mensen die bij hem gekomen is, te eten te geven. Het zijn er 5000. Jezus voelt medelijden met hen omdat ze lijken op schapen zonder herder. Goed leiderschap ontbreekt in Israël. Het verhaal speelt op een groene heuvel, een omgeving die past bij een ronddolende kudde. De leerlingen hebben vijf broden en twee vissen bij zich. Dit wordt wel uitgelegd als een verwijzing naar de vijf boeken van Mozes en naar de Thora, de twee stenen tafelen met de tien geboden erop. De twaalf manden die over zijn, staan voor de twaalf stammen van Israël. Jezus is als Herder gekomen om Israël te voeden en te leiden. Hij schenkt een overvloed aan leven.
Dat doet Jezus ook in dat andere verhaal, het verhaal dat we vandaag lezen. Nu zijn er 4000 mensen die niet te eten hebben. Ze zijn bij hem gekomen in de woestijn uit alle vier de windstreken. Ook over hen is Jezus met ontferming gewogen. Zijn ontferming geldt niet alleen zijn eigen volk, ook de mensen daarbuiten in de Griekse en Romeinse gebieden. Drie dagen zijn ze bij hem. Een ontroerende verwijzing naar de drie dagen van Pasen. Dan vraagt Jezus zijn leerlingen hoeveel brood ze hebben. Zeven, antwoorden ze. En, voegt Marcus eraan toe, ook een paar visjes. Opvallend: hier geen vijf broden en twee vissen, hier zeven broden, het getal van de volheid. En zie: er blijven ook zeven manden vol over. Genoeg om de hele wereld te voeden. Dit verhaal is grensoverschrijdend. Gods overvloed geldt niet alleen Israël. Wat Hij in Jezus schenkt aan liefde, genade, vergeving en genezing, daaraan mogen alle mensen zich voeden en laven. Door Jezus geeft God ieder mens brood in handen om van te leven.
Ook vandaag delen wij weer brood met elkaar. Geen grote brokken. Een klein stukje, genoeg om van te leven. En we denken aan Jezus, zijn weg en zijn werk, zijn lijden, dood en opstanding. Steeds weer brengen we Jezus in gedachtenis, opdat we niet vergeten en dankbaar Hem met open ogen en open oren volgen. Opdat daarin een overvloed aan leven zichtbaar wordt.
Voorganger in deze viering is pastor Frank Beuger.
Viering zondag 18 augustus
EERSTE LEZING: Jesaja 35, 1-10
TWEEDE LEZING: Efeziërs 5, 15-20
EVANGELIE: Marcus 7, 31-37
De man uit het evangelie van vandaag zit helemaal dicht. Er komt weinig bij hem binnen, want hij was doof en er komt bijna niets uit, praten ging heel erg moeilijk. Als je doof bent kun je het ook moeilijk leren om goed te spreken. Wat zal die man eenzaam zijn geweest. Je verhaal delen lukt niet, open staan naar anderen, lukt niet. Hij zit opgesloten in zichzelf. Alleen.
Je hoeft niet doof te zijn of moeilijk uit je woorden komen om iets van deze man mee te voelen. Je hebt van die mensen die super open zijn, heel makkelijk met iedereen een praatje kunnen maken. Mooi ook als die openheid echt is. Maar als je van nature wat meer gesloten bent, kun je daar jaloers op zijn. Als je je niet zo vlot voelt. Misschien denk je wel eens: ik zou ook wel willen dat ik makkelijker contact maakte. Ik zou ook wel willen dat mensen eens mijn verhaal hoorden. En als dat je om wat voor reden dan ook niet lukt, als je dat mist, raak je soms een beetje opgesloten in jezelf. En dan snap je iets van hoe alleen deze dove man zich voelde.
En wat Jezus dan doet is mooi. Een praatje maken heeft geen zin. Dus Jezus gaat de taal spreken die de dove man wel begrijpt. Die van aanraken en van symbolen. Soms doet een blik, van: hé, ik zie je, zoveel meer dan een stortvloed van woorden. Jezus maakt contact met die man, fysiek, en laat van tevoren merken wat hij gaat doen. Hij raakt zijn oren aan: daar ga ik je mee helpen. Hij raakt zijn tong aan: daar ga ik je mee helpen. En Jezus kijkt demonstratief omhoog: daar komt het vandaan.
Dit verhaal houdt ons een spiegel voor: ik kan wel blij zijn met wat Jezus voor me doet. Ik kan wel zeggen: alles wat hij doet is goed. Wat hij doet voor mij, dat is fijn. Maar doe ik dan ook wat hij zegt? Wil ik luisteren? Of wil ik alleen maar van hem krijgen? Het Woord laat van zich horen. Maar sta ik daar wel voor open?
Soms lijkt het alsof je maar beter doofstom kan zijn. Dan hoor je niet wat God zegt en kun je tenminste ook niks missen. Maar dan zie je ook niet met de bril van God de kansen, de toekomst, de mens in anderen, allemaal mensen die mogen leven in het Koninkrijk van God. Als ze het willen zien.
Voorganger in deze viering is pastor Frank Beuger.